Vroom Funderingstechnieken investeert in nieuwe Ljungby Maskin wielladers. En met vier identieke machines in één koop werd het geen alledaagse bestelling.
Toch is de orderomvang niet het opmerkelijkste. De machines vallen vooral op door hun uitvoering. Niet alleen zijn de Ljungby Maskin wielladers dankzij de lastmomentbeveiliging gekeurd om te hijsen met een jib, uniek is dat ze daarnaast in combinatie met een hoogwerkerbak óók gekeurd zijn als hoogwerker. En wel volgens de nieuwste EN280-normen. Een primeur. Als funderingsbedrijf met een heel arsenaal aan kolossale machines zijn ze bij Vroom wel wat gewend op machinegebied. Toch maakt de rij knalrode en fonkelnieuwe Ljungby’s indruk. Passerende medewerkers halen hun telefoon snel even voor de dag om een foto te kunnen maken. Ook voor Ljungby-importeur Werklust Holland is het een bestelling die ze niet elke dag binnenkrijgen.
Vier nieuwe Ljungby’s op de werf
Normaal gezien zouden de wielladers direct aan het werk zijn gegaan. Maar omdat alle machinisten een training krijgen voordat ze gaan werken met hun nieuwe shovels en bijbehorende uitrustingsstukken, staat het viertal eerst op Vrooms materieelwerf in Middelie, vlakbij Volendam. Klaar voor hun eerste inbedrijfstelling, vertellen Jeroen Vroom en hoofd materieel Alex Brouwer over het hoe en waarom van deze investering, waaruit blijkt dat er op heel veel fronten goed is nagedacht over de aanschaf en de uitvoering van de machines.
‘We hebben al langer dan dertig jaar Werklust-shovels. Ze waren er al vóór mijn tijd. Eigenlijk altijd naar tevredenheid, want de machines zijn bij uitstek geschikt voor ons werk’, legt Vroom uit. ‘Helaas is Werklust een aantal jaren terug gestopt met het zelf vervaardigen van shovels. Sindsdien is het bedrijf dealer van Ljungby geworden.’
Werklusten op leeftijd
Vroom was destijds grootafnemer van Werklusten. Vooral de degelijkheid, de robuuste parallelle hefmechaniek en grote bodemvrijheid bevielen in de praktijk goed. De vier Werklusten WG45C die Vroom inruilde zijn van bouwjaar 1996 tot 1998 en enkele tikten de 30.000 uur aan. Dat zegt eigenlijk alles.
Vandaag de dag zijn nog altijd meer dan twintig Werklusten in bedrijf, vooral van de types WG45D en WG45E. Die raken intussen wel op leeftijd, bovendien maakt Vroom een verduurzamingsslag en daarin passen nieuwe shovels die voldoen aan de huidige Stage V emissie-eisen. Om die reden ging Vroom zo’n vier jaar geleden rondkijken voor een waardige opvolger. Hierbij ging het bedrijf niet over één nacht ijs. Vroom investeert fors in hun wielladerpark en gaan de komende jaren door met vervangen. De laatste jaren dachten ze goed na over hun wensen en details.
Nieuwe wielladers met Werklust-kenmerken
De wensen van Vroom waren helder: de nieuwe wielladers moesten beschikken over Werklust-kenmerken zoals de Werklust snelwissel, bodemvrijheid, parallelkinematiek en een degelijke bouw. En dat samen met moderne eisen zoals een schone Stage V-motor, overdruksysteem en geschikt en gekeurd voor het gebruik als hoogwerker. Een breekpunt bij sommige merken was dat ze géén Werklust-snelwissel konden of wilden leveren. Vroom houdt desondanks vast aan dit type snelwissel ondanks dat deze dus eigenlijk van de markt verdwenen is. En dat is niet zonder reden.
Alex Brouwer: ‘We hebben een groot materieelpark met daarin legio uitrustingsstukken, voor de uitwisselbaarheid willen we één type snelwissel. Daarnaast zit deze aanspanning ook aan trektafels, makelaarkoppen en bijvoorbeeld aan de rupsen van onze grootste funderingsmachine. Dat bestellen we af-fabriek zo.’
Beco bouwde de snelwissel volgens Werklust-maatvoering. Deze leverancier bouwde ook de bakken, vorken en een hijsjib ofwel hijsarm. De puinriek is maatwerk en is naast grondwerk geschikt voor het oppakken van buizen en boren. De twee hydraulische klemmen houden de lading veilig vast. Met hoogwerkerbak zijn de Ljungby’s gekeurd als permanent hoogwerker volgens de strenge EN280-normen. De bak beschikt onder andere over een weegvloer en bedieningskast.
Werklust-snelwissel was harde eis
Deze veelal zware onderdelen kunnen de mannen zo direct aan de snelwissel van de shovel oppakken. ‘Dat zou je anders met een hijskraan moeten doen, maar dit werkt snel, eenvoudig en veilig. Als we om zouden gaan naar een andere snelwissel dan komt er dus héél wat meer kijken dan alleen een andere puinbak en palletbord. Om die reden was de Werklust-snelwissel dus een harde eis.’
Hierdoor vielen enkele merken af, waarna men tot een lijst kwam met drie merken die aan de wensenlijst voldeden. Deze merken kwamen op proef, waarna opnieuw één merk afviel. Van de beide andere merken werden elk twee machines gekocht en de laatste vier jaar ingezet. Die periode kun je zien als een duurtest, waarin Vroom alle plussen en minnen van beide merken haarscherp op een rij kreeg. Gezien deze bestelling kun je stellen dat Ljungby als winnaar uit de bus kwam.
De reden dat Vroom bij de Werklust-snelwissel blijft, is dat veel bestaande onderdelen van funderingsmachines zijn uitgevoerd met deze snelwisselmaten. Zoals deze trektafel. Alles ombouwen is veel te duur.
Degelijk en zwaar uitgevoerd
Het is niet zonder reden dat Vroom zeer kritisch kijkt naar zijn shovels. Het zijn binnen het bedrijf erg belangrijke machines. De shovels rijden bij funderingsmachines en doen daar van alles. Het laden en lossen van funderingsmaterieel zoals buizen, het opbouwen van de stellingen, het bijrijden van beton en het leggen en verleggen van schotten en rijplaten. Eigenlijk alles, behalve grondverzet.
‘De machines moeten degelijk en zwaar uitgevoerd zijn, ook zicht en veiligheid zijn voor ons belangrijk. Vooral bij het werken met de betonstortbak. In onze ogen is het parallelframe daarom waardevol’, legt Brouwer uit.
Omdat de shovels een cruciale rol hebben op de werken die Vroom maakt, is betrouwbaarheid zeer belangrijk. ‘Als de shovel stilstaat, dan staat de hele palenfabriek stil’, vat Vroom samen. Brouwer: ‘Daarom investeren we er fors in, en willen we ook dat er iets áchter staat. Bedrijfszekerheid is het belangrijkste, en daar komen ook onderdelenvoorziening en service bij kijken. Die ervaring met Werklust is goed.’
Korte lijnen naar de fabriek en blije machinisten
Op basis van het verleden was de overstap naar Ljungby via hetzelfde bedrijf Werklust dus vertrouwd voor Vroom. Ook het contact met de fabriek bleek de laatste vier jaar goed. ‘De Ljungby is gebouwd door een bedrijf dat gespecialiseerd is in shovels. Dat merk je. En de lijnen naar de fabriek zijn kort’, merkt Vroom.
Vanaf de werkvloer hoort Brouwer ook positieve geluiden: ‘De machinisten zijn er ook blij mee. In het laden en lossen komt het echt op capaciteit aan en daarin voldoet de L18 gewoon goed. Bij deze nieuwe machines heeft Ljungby ook echt een stap gezet op het gebied van comfort voor de machinist, met de nieuwe bediening en het moderne display.’
Vroom kocht vier identieke machines in één koop, met per machine ook een gelijke set nieuwe uitrustingsstukken.
Beco bouwt snelwissel
Af-fabriek komen de Ljungby’s origineel met een Lundberg-snelwissel. Op verzoek van de importeur heeft Beco voor de vier nieuwe machines speciaal een Werklust-snelwissel getekend en gebouwd. Beco leverde eveneens bij elke machine een palletbord, hijsarm en zware puinriek. Een bewuste keuze: door dit bij één toeleverancier te leggen geeft het zekerheid dat de symmetrie correct is.
Bijzonder is de volledig op wens gebouwde puinriek. De wang van deze bakken is verzwaard en iets anders gevormd om buizen en boren met diameters van 180 tot 610 mm te kunnen laden en lossen. Hiertoe zijn de puinrieken tevens voorzien van twee klemarmen, die op hun beurt weer verstelbaar en zelfs demontabel zijn. De L18 is af-fabriek verzwaard met extra gewichtplaten. De Ljungby weegt nu zo’n 20 ton.
Hoogwerkerbak
Tot slot is er bij elke wiellader ook een hoogwerkbak. Gebr. Koerts Techniek tekende voor de levering, waarbij niet zozeer het ijzerwerk maar bovenal de goedkeuring nogal wat voeten in aarde had. Eerder werden shovels met manbak al wel gekeurd als ‘incidenteel hoogwerker’. Die regelgeving is echter ingetrokken. Voor Vroom zou dit betekenen dat ze hoogwerkers zouden moeten inhuren. Dat is niet altijd planbaar en allerminst praktisch, want een shovel is veel terreinvaardiger dan een gemiddelde hoogwerker. Dat is veilig. ‘Je werkt maximaal 4 meter hoog en de machine weegt 20 ton. Die valt echt niet om.’
Daarop onderzocht Vroom de mogelijkheden om de nieuwe shovels te laten keuren als ‘permanente hoogwerker’. Hiervoor geldt complexe wetgeving waarin zeker bij shovels nog weinig ervaring in is, dus dook Vroom samen met toeleverancier Koerts in de wetteksten en richtlijnen.
De uitkomst mag er zijn en is tevens een primeur in wielladerland: de Ljungby’s van Vroom zijn volgens de huidige strenge EN280 richtlijn voorzien van een typegoedkeuring om als hoogwerker in te zetten. Hiervoor is het hefframe voorzien van slangbreukventielen, is er een weegvloer in de hoogwerkbak en is de shovel in dit werk alleen vanuit deze bak te bedienen. Op tafel liggen dikke ordners met de nodige rapporten en handleidingen: bij elke machine bouwt Vroom zo’n machinedossier op. ‘Die hele papierwinkel moet gewoon in orde zijn’, legt Brouwer uit.
Multifunctioneel
Uit die administratie blijken de shovels dus formeel gekeurd als hoogwerker, hijskraan, hefwerktuig en grondverzetmachine. Niet alleen in praktijk, maar ook op papier is dit rode kwartet dus extreem multifunctioneel te noemen. Precies zoals Vroom vooraf in gedachte had.
Bron: BouwMachines