De brug heeft verschillende steunpunten. Voor ieder steunpunt is de meest praktische paal toegepast. Zo zijn voor de landhoofden en pijlers 774 stuks vibropalen toegepast, met een diameter van 508 millimeter en een lengte van ruim 20 meter. Een deel van de palen is scheef aangebracht onder een schoorstand van 10:1. Voor het heien zijn de palen eerst voorgeboord. Onder de hulpconstructies zijn 74 VGS-palen met groutinjectie gemaakt. Deze palen hebben een diameter van 456 millimeter en een lengte van ruim 22 meter.
Extra brug
De brug is nodig voor de nieuwe verbinding, de verbreding van de A1 en aanleg van een wisselbaan. Zo kan het doorgaande verkeer sneller van en naar Schiphol. De Muiderbrug blijft gewoon open.
Geen pijlers in Amsterdam-Rijnkanaal
De nieuwe brug wordt gebouwd met de vrije voorbouwmethode. Dit betekent dat er geen pijlers worden geplaatst in het Amsterdam-Rijnkanaal. Aan beide kanten van het kanaal zetten ze steunpunten neer. Vanuit daar bouwen ze de brughelften als het ware naar elkaar toe. Het scheepvaartverkeer heeft daardoor nauwelijks last van de werkzaamheden en kan gewoon doorvaren.